In 2015 werkte 36 procent van de 8,3 miljoen werknemers en zelfstandigen in Nederland weleens vanuit huis. Dit blijkt uit een onderzoek van het CBS en TNO. Af en toe in alle rust in je eigen vertrouwde omgeving werken klinkt aantrekkelijk, maar hoe is dit in de praktijk?




In het onderzoek is onderscheid gemaakt tussen twee soorten thuiswerkers: mensen die standaard vanuit huis werken en incidentele thuiswerkers. De eerste groep heeft het eigen huis als uitvalsbasis. Dit zijn voornamelijk zelfstandigen, zoals auteurs, kunstenaars, marketing- en salesadviseurs en specialisten op het gebied van bedrijfsbeheer en administratie. Zij maken 38 procent van de thuiswerkers uit. De tweede groep bestaat uit mensen die werken op een ander adres dan thuis, maar regelmatig een aantal uur of een hele dag thuis werken, bijvoorbeeld op een vast moment. Deze groep incidentele thuiswerkers is met 62 procent het grootst. Deze mensen bekleden bijvoorbeeld de functie van manager , algemeen directeur , jurist of ICT’er . Docenten lopen echter voorop als het op incidenteel thuiswerken aankomt: ruim 66 procent van hen doet een gedeelte van het werk thuis.


Voor 1 op de 3 is thuiswerken de oplossing om werk dat nog niet af is toch af te kunnen handelen. Je thuis beter kunnen concentreren en efficiënter werken is voor 22 procent van de thuiswerkers de reden om de laptop mee naar huis te nemen, gevolgd door het verminderen van reistijd voor 11 procent van de mensen. Hierdoor ontstaat echter een nadelig gevolg. Mensen die met regelmaat thuiswerken zijn namelijk beduidend vaker geneigd tot overwerken (83%) dan mensen die standaard vanuit huis (67%) of juist alleen in de werkomgeving werken (62%). Mensen die altijd vanuit huis werken besteden bijvoorbeeld gemiddeld 28 uur per week aan hun werk, waarbij zij gemiddeld 4 uur overwerken. Degenen die incidenteel thuiswerken maken gemiddeld 33 uur per week, waarvan 6 thuis en vaak nog 5 extra overuren. Mensen die helemaal niet thuiswerken maken gemiddeld bijna geen overuren buiten de werkomgeving.


Mensen die incidenteel thuiswerken, ervaren, mede dankzij het overwerken, meer werkdruk dan de andere groepen. Marjolein Jaarsma van het CBS verwoordt het als volgt: “De dag is om, maar het werk is nog niet af. Dat zorgt ervoor dat je druk ervaart.” Degenen die met regelmaat werk mee naar huis nemen geven ook aan dat de balans tussen werk en privé makkelijk verstoord wordt. Bij 61 procent van hen gaat het gezinsleven weleens ten koste van werk. Onder zelfstandig ondernemers ligt dit percentage zelfs op 70 procent. Werk gaat dus in veel van de gevallen voor, terwijl het andersom minder snel voorkomt. Slechts 36 procent van de mensen die incidenteel thuiswerkt laat werk wachten voor familieaangelegenheden. Hoewel thuiswerken dus een manier lijkt te zijn om meer tijd in je eigen omgeving met je gezin door te brengen, zorgt het er in veel gevallen juist voor dat je minder tijd voor ze hebt.