Mensen met overgewicht worden als werknemer minder capabel ingeschat dan collega’s die een gemiddeld gewicht hebben. Dat concluderen onderzoekers van Wharton School, de businesschool van de University of Pennsylvania. Opvallend: ook werknemers die zelf te zwaar zijn, verwachten dat dikke collega’s minder competent zijn.



De onderzoekers wilden vaststellen in hoeverre mensen met overgewicht te maken krijgen met discriminatie op de werkvloer. Hiertoe voerden ze verschillende studies uit, waaruit keer op keer bleek dat dikkere mensen, bewust of niet, lager werden ingeschat. Bij een van deze studies kregen mensen cv’s te zien van sollicitanten, die ze vervolgens moesten indelen naar competentie. De documenten bevatten geen foto’s, maar wel gegevens over iemands lengte en gewicht. De dunnere kandidaten werden in deze studie als competenter beoordeeld, terwijl de cv’s inhoudelijk niet van elkaar verschilden. Een andere studie richtte zich op de kandidaten van een spelshow op televisie. De respondenten moesten aan het begin van het programma aangeven welke kandidaat volgens hen zou winnen. Dunnere deelnemers werden aanzienlijk vaker als winnaar aangewezen.



Discriminatie op grond van lichaamsgewicht is meer geaccepteerd dan andere vormen van discriminatie, vermoeden de onderzoekers. Het verschil met bijvoorbeeld ras of geaardheid is dat je er, althans volgens veel mensen, zelf iets aan kunt veranderen. Maurice Schweitzer, professor aan de Wharton School: “Mensen lijken te denken dat overgewicht een keuze is, dat iemand die dik is, bewust kiest voor gulzigheid. Hierdoor durft men zich ook openlijker uit te spreken en zijn negatieve uitlatingen over mensen met overgewicht eerder sociaal geaccepteerd dan andere vormen van discriminatie.” Schweitzer stelt verder dat werkgevers en recruiters bewuster zouden moeten omgaan met vooroordelen omtrent het gewicht: “De werving moet zich richten op objectieve criteria. Net zoals sekse steeds minder een factor is bij de sollicitatieprocedure, zo zou ook iemands lichaamsgewicht geen rol mogen spelen.”