Langdurig ziek: waar krijg je mee te maken?

Langdurig ziek: waar krijg je mee te maken?

Wanneer je voor langere tijd ziek bent, ben je er niet met alleen je simpelweg ziek melden. Je krijgt dan te maken met de Wet Poortwachter. Die is erop gericht langdurig ziekteverzuim terug te dringen en mensen weer aan het werk te krijgen. Van langdurig ziekteverzuim wordt gesproken als je langer dan vier weken ziek bent. Soms wordt ook zes weken aangehouden.

Jij en je werkgever gaan dan samen een plan maken hoe je toch weer aan de bak kunt. Daarvoor volgen jullie - in overleg met de bedrijfsarts of arbodienst - een aantal stappen, afhankelijk van hoeveel weken je al afwezig bent. Hoe ziet het traject eruit als je langdurig ziek bent? Wanneer krijg je te maken met het UWV? En hoe zit het met je salaris?

Verzuimprotocol

De meeste bedrijven en organisaties hebben een verzuimprotocol. Hierin staat beschreven wat de regels zijn rondom jezelf ziek melden en hoe je werkgever te werk gaat bij ziekte. De eerste vier weken van je afwezigheid is het aan jou en je werkgever om afspraken te maken. Wel zijn werkgevers verplicht een arbodienst of bedrijfsarts in te schakelen om ondersteuning te hebben in geval van ziekte. Soms krijg je hier al tijdens de eerste weken mee te maken.

Vanaf de vierde week is dit het sowieso het geval. Volgens de Wet Poortwachter, die landelijk regels oplegt rondom verzuim en re-integratie, moet er namelijk binnen zes weken een probleemanalyse op tafel liggen. Hiervoor heb je een gesprek met de arbodienst of bedrijfsarts, die aan de hand hiervan de analyse opstelt. Doorgaans zal dit gesprek na ongeveer een maand afwezigheid plaatsvinden. In de probleemanalyse staat niet per definitie welke klachten je hebt (dit hoef je namelijk niet te vertellen), maar wel wat je nog wel en niet kunt en wat er nodig is om je wel weer aan het werk te krijgen.

Van probleemanalyse naar re-integratieplan

Uiterlijk acht weken na je ziekmelding moet je werkgever een re-integratieplan klaar hebben. De probleemanalyse van de bedrijfsarts vormt hiervoor het uitgangspunt. In het plan staan afspraken over eventuele aanpassingen die je werkgever kan doen om jou te helpen weer aan het werk te kunnen of om jou eventueel naar een andere baan te begeleiden. Ook bevat het plan informatie over wat je zelf doet om te herstellen, bijvoorbeeld therapieën die je volgt.
Je bent verplicht opvolging te geven aan de adviezen van de bedrijfsarts.

De bedrijfsarts of arbodienst houdt tijdens jouw afwezigheid in de gaten hoe het met je gaat en hoe je herstel zich ontwikkelt. Je hebt hiervoor elke zes weken contact met de bedrijfsarts of arbodienst. Soms is het nodig het re-integratieplan enigszins bij te stellen. Bijvoorbeeld doordat het toch niet meer mogelijk is om terug te keren in dezelfde functie.

Loondoorbetaling als je langdurig ziek bent

Je werkgever moet de eerste twee jaar 70 procent van je salaris doorbetalen. Als je inkomen daardoor onder het minimumloon komt, wordt dit het eerste jaar aangevuld tot dat niveau. Na twee jaar kun je een beroep doen op de WIA: de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen. Je krijgt dan een uitkering.

Als op voorhand of eerder al duidelijk is/wordt dat je nooit meer kan werken, bijvoorbeeld omdat je een zwaar ongeval hebt gehad of een ernstige ziekte hebt, dan kun je eerder een beroep doen op een WIA-uitkering. Je kunt de uitkering dan na drie weken ziekte aanvragen. Je bedrijfsarts of de arbodienst zal hierover adviseren. Je mag de vervroegde aanvraag namelijk maar één keer doen en uiterlijk in de 67e week.

Bij dezelfde of andere werkgever? Re-integratie eerste en tweede spoor

Het kan zijn dat het werk dat je deed niet meer passend is bij je lichamelijke of geestelijke gesteldheid, maar dat een andere baan wel nog prima past. Dat kan soms binnen dezelfde organisatie, maar mogelijk moet je ook daarbuiten kijken. Hoe dan ook heeft je werkgever een plicht je hierbij te helpen. En jij hebt de plicht mee te werken aan de re-integratie.

Als je uit gaat zien naar een andere baan bij dezelfde of een andere werkgever, wordt dit re-integratie op het tweede spoor genoemd. Is de re-integratie gericht op terugkeer in de functie die je had bij dezelfde werkgever, dan is dit eerste spoor re-integratie.

Wat als jij het anders ziet dan de bedrijfsarts?

In principe is het oordeel van de bedrijfsarts leidend en heb je zijn of haar adviezen op te volgen, ook als het gaat om welk werk wel of niet passend voor je is. Maar mogelijk voel jij je er bijvoorbeeld nog helemaal niet goed bij om weer aan de slag te gaan of ben je het niet eens met de voorstellen van de bedrijfsarts. In dat geval kun je vragen of je eigen huisarts (of de specialist bij wie je onder behandeling bent) met de bedrijfsarts jouw situatie wil bespreken.

Blijft de bedrijfsarts bij zijn standpunt, dan kun je voor een second opinion bij het UWV aankloppen. Dit noem je ook wel een deskundigenoordeel. Hiervoor betaal je 100 euro. Ook je werkgever kan dit doen als er een conflict ontstaat over het te volgen pad. Het oordeel van het UWV is niet bindend, er zitten dus geen gevolgen aan, maar het is wel een onafhankelijk advies.

De rol van het UWV bij langdurig ziekteverzuim

Gemiddeld zijn mensen die vanwege psychische klachten uit de running zijn (eenderde van het langdurige ziekteverzuim) 31,5 week afwezig. Maar het kan zijn dat het langer duurt. Als je langer dan 42 weken afwezig bent, komt ook het UWV om de hoek kijken. Je werkgever moet in die week melding maken van je afwezigheid. Zelf hoef je hier niets voor te doen.

Je werkgever moet deze melding bij het UWV maken, omdat die instantie dan inzicht krijgt in hoeveel mensen langdurig verzuimen en kan inschatten hoeveel er een WIA-aanvraag zullen doen.

Na een jaar: opschudmoment

Ben je een jaar afwezig, dan vindt er een speciaal evaluatiemoment plaats. Dit wordt ook wel het opschudmoment genoemd. Hierbij wordt het re-integratie nog eens extra onder de loep gelegd en gekeken of jullie de juiste koers varen.

Als je na twintig maanden nog niet terug aan het werk bent, dan maak je samen met je werkgever een eindevaluatie. Alle documentatie (re-integratieplan, probleemanalyse etc.) samen vormt het re-integratieverslag, dat het UWV gebruikt als het gaat beoordeling of en welke uitkering je eventueel krijgt toegekend.

WIA-uitkering

Wanneer je echt niet meer aan het werk kunt of na twee jaar nog steeds niet volledig kunt werken, kom je in de WIA. Je ontvangt dan een uitkering. Er zijn twee mogelijkheden:

1. Een IVA-uitkering: deze krijg je als je voor minimaal 80% bent afgekeurd en er weinig of geen kans is op terugkeer. Deze uitkering loopt door totdat je de AOW-leeftijd hebt bereikt.

2. Een WGA-uitkering: deze krijg je als:

* je tijdelijk voor minimaal 80% bent afgekeurd maar er nog wel een redelijke kans is op herstel, of
* je nog gedeeltelijk kunt werken, maar niet meer volledig aan de slag kunt. Je bent minimaal 35% arbeidsongeschikt; dat houdt in dat je nog maar 65% of minder van je oude salaris kan verdienen. Je uitkering is dan een aanvulling op je inkomen.

De hoogte en de duur van de WGA-uitkering zijn gebaseerd op je laatstverdiende loon en je arbeidsverleden. Meestal ontvang je ongeveer 70% van je laatste loon en krijg je voor elk jaar dat je gewerkt hebt één maand uitkering.

Als je minder dan 35% arbeidsongeschikt wordt verklaard, heb je geen recht op een (aanvullende) uitkering.

Tijdspad bij langdurig ziekteverzuim

In onderstaand schema wordt in het kort het tijdspad geschetst als je voor langere tijd ziek raakt. Dat ziet er ongeveer zo uit:
Dag 1: Je meldt je ziek
Week 1-4: Je werkgever neemt contact op met de bedrijfsarts of arbodienst.
Week 4-6: Je hebt contact met de bedrijfsarts en die maakt een probleemanalyse.
Week 6-8: Jij en je werkgever maken een re-integratieplan aan de hand van de probleemanalyse.
Daarna eens in de 6 weken: Contact met de bedrijfsarts om de voortgang te bespreken.
Week 42: Je werkgever meldt bij het UWV dat je langdurig ziek bent.
Week 46-52: Opschudmoment: eerstejaarsevaluatie.
Week 88: Je krijgt een brief voor het aanvragen van een WIA-uitkering. Er staat hierin een datum vermeld waarop je de uitkering uiterlijk moet hebben aangevraagd.
Week 91: Je maakt met je werkgever een eindevaluatie op. Hij stuurt het re-integratieverslag naar het UWV. Het UWV beoordeelt of je een uitkering krijgt. Zo ja, dan houdt de verantwoordelijkheid van de werkgever na twee jaar op.
Week 93: Laatste week voor aanvragen uitkering.
Week 97: Hebben jij en je werkgever besloten dat je op zoek gaat naar ander werk? Dan moet dit traject binnen zes weken na de evaluatie worden ingezet. Dit kan overigens ook al eerder, als duidelijk is dat dat het geen optie is dat je nog bij je oude werkgever aan de slag gaat.
Week 105: Als je uitkering wordt toegekend, gaat deze na twee jaar in.

Lees meer: